Als op een kaart icoontjes voorkomen, kun je meestal daarop klikken om enig houvast te krijgen over die plek op de kaart.
Soms bevat die informatie dan ook een link naar de betreffende webpagina.
[16-3-1997]
Op weg naar Serengeti rijden we via de Ngorongoro Conservation Area door een vrij kale savanne met wat bergjes.
[16-3-1997]
In Serengeti mogen we wel met de truck rijden, maar moeten we wel verplicht een gids meenemen. De gids moeten we ophalen bij het bezoekerscentrum in het park. Bij het bezoekerscentrum vragen ze ons zo ongeveer wat we in hemelsnaam op een zondag in het park doen. En nee, er is geen gids vandaag, maar ja, het is wel verplicht. Uiteindelijk beloven ze ons een gids voor de volgende ochtend - volgens zeggen de beste die er is, maar hij valt onderweg wel in slaap. De rest van de zondag mogen we zonder gids rondrijden. We zien weer ontzettende hoeveelheden dieren, weer honderden zebra's, duizenden (of nog meer) gazellen, giraffen, die wegens gebrek aan acacia's niet in de krater zaten, nijlpaarden, olifanten en krokodillen.
[16-3-1997, Serengeti]
Dergelijke rotsen zijn een geschikte plek voor een luipaard. Op deze foto is de luipaard afwezig.
[16-3-1997, Serengeti]
We zien ook topi's en hartebeesten. Topi's zijn ook gazellen. Ze zijn vrij groot met gedraaide hoorns, paarse schouders en dijen en gelige poten, heel mooi.
Op Wikipedia staat uitgebreide informatie over de topi.
[16-3-1997, Serengeti]
Verder zien we leeuwen, nog meer leeuwen, hyena's enz. enz.
[16-3-1997, Serengeti]
We zien ook de hyrax of dassie, een soort groot log lomp konijn, met muizenoren en een ontzettend knaagdierengezicht.
[16-3-1997, Serengeti]
De camping in Serengeti stelt even weinig voor qua accommodatie als die in Ngorongoro. Langs het pad naar de douches staat een enorme mannetjesolifant, zodat we eigenlijk niet goed naar de douche durven. Dat is niet erg, want er is helemaal geen water in de douches. Op het pad naar het toiletblok zien we een zwarte slang in de boom. Verder vertelt de bewaker dat behalve de olifant die een regelmatige bezoeker is, ook vaak buffels en een leeuw de camping bezoeken. Als ik vraag of de olifant gevaarlijk is, haalt de bewaker zijn schouders op en zegt: 'U bent in Serengeti en dat is een wildpark'. Echt geruststellend klinkt dat niet. Ik ben ook niet blij als ik 's nachts naar de wc moet. Ik kijk heel goed om me heen voor ik de tent uitga, durf niet verder dan twee à drie meter van de tent en ga dan weer zo snel mogelijk terug. Het zou natuurlijk spannend zijn als ik nog net de leeuw of zo voor gebleven was, maar ik heb gelukkig niets gezien of gehoord.
[17-3-1997, Serengeti]
De volgende dag is de groep nog compleet: niemand is opgegeten door een leeuw en geen enkele tent is omver gelopen door de olifant of de buffels. De olifant staat nog wel ongeveer op dezelfde plaats als de dag ervoor.
's Ochtends in Serengeti zien we weer heel veel. Het hoogtepunt van de ochtend is de luipaard die we in de boom zien liggen. Luipaarden kan je wel zien, maar dan moet je echt heel veel geluk hebben en dat hebben we dus. Als we al bijna het park uitrijden zien we nog een enorme kudde olifanten compleet met hele kleintjes. Het zijn er zeker dertig of veertig. Verder zien we ook weer alles wat we de dagen daarvoor ook gezien hebben.