Dwars door Afrika > Mali > grens - Bamako
routekaart Mali

Als op een kaart icoontjes voorkomen, kun je meestal daarop klikken om enig houvast te krijgen over die plek op de kaart.

Soms bevat die informatie dan ook een link naar de betreffende webpagina.

Ruiter

[4-11-1996, richting Nioro]

We zien de laatste twee à drie dagen steeds meer akkertjes met o.a. suikerriet, gierst en pinda's. Verse pindakaas is ook soms te koop op marktjes.

Kleurrijke markt

[4-11-1996, nabij Nioro]

Veel kleurige en schone gewaden.

Bij onszelf is dat wel anders. Het Afrika shirt is op dit moment erg vies. We rijden al dagen door het stof (ik ben ook erg blij met de kleur van het shirt, maar zelfs daarop zie je nu het vuil zitten), en de laatste douche was in Nouakchott inmiddels een behoorlijk aantal dagen geleden. We wassen tussendoor onszelf wel met een beetje water in een emmertje, maar de douche en kleren wassen begint hard nodig te worden.

Waterput met hek

[4-11-1996, nabij Nioro]

Om de put is een afrastering gemaakt van boomstammen. Waarschijnlijk is het alleen ter verfraaiing, want beesten kunnen er gemakkelijk tussendoor lopen.

Diéma

[5-11-1996, Diéma]

Tot Diéma volgen we een mooie, brede zandweg.

Er kwam hier een jongen bij de truck kijken die een aap aan een touwtje bij zich had.

Feest voor roofvogels

[5-11-1996, richting Bamako]

Mali is tot nu toe schitterend. Het landschap is vanaf het laatste stuk Mauritanië een stuk groener geworden en de laatste paar dagen struikelen we over de meest exotische vogels. Jammer genoeg hebben we geen vogelgids zodat we nu een ‘mooie blauwe met een lange staart’, een ‘zwarte met bruine vleugels’ en dat soort aanduidingen gebruiken.

Vandaag kwamen we langs een stuk land dat in brand stond (aangestoken, we denken om het daarna te bebouwen) en daarboven cirkelden werkelijk honderden roofvogels in alle soorten en maten, op zoek naar vluchtende dieren. Je weet gewoon niet waar je beginnen moet met kijken, zoveel.

Dorpjes

[5-11-1996, voorbij Diéma]

We passeren een aantal prachtig dorpjes: lemen huisjes, daken soms bedekt met pompoenstruiken, kleine erfjes met ezels en oventjes.

Bambara

[5-11-1996, voorbij Diéma]

De mensen in Mali zijn duidelijk anders dan in Mauritanië. We zien nu veel Bambara mensen die het contact best leuk vinden. Met handen en voeten hebben ze ons uitgelegd hoe ze de spullen van hun land bewerken tot eten. Ik werd helemaal meegenomen om de schaal met oliebolletjes (daar leek het nog het meest op) te bekijken. Ook de kinderen werden me echt geshowd, maar die vonden me aanvankelijk eng.

Veel handen geven en zwaaien. Praten gaat meestal niet verder dan 'bonjour' en 'ça va?'.

Muggen

[5-11-1996, voorbij Diéma]

We kamperen vandaag iets verder dan de plek op de foto. Het is vlakbij een moerasachtig gebied, zodat er vreselijk veel muggen zijn. Ook op de grond scharrelt van alles, o.a. een spin van enige omvang die een grote snelheid ontwikkelt.

Onze beide slaapmatjes zijn inmiddels lek door stenen en planten.

Baat het niet ...

[5-11-1996, voorbij Diéma]

De mensen die we in de dorpjes onderweg tegenkomen zijn heel vriendelijk en open en ook wel nieuwsgierig naar ons.

Ik voelde me ook wel erg onhandig toen een vrouw me vertelde dat ze ziek was en koorts had, en duidelijk iets verwachtte. Zij zijn zo aardig en jij zegt alleen maar dat je niets voor haar hebt. Uiteindelijk hebben we haar onze sinaasappel gegeven, maar wat nog beter hielp, was een spuitje uit het flesje zonnebrandspul met watermeloengeur. Ik heb wat op haar voorhoofd en haar armen gespoten en ze was er heel tevreden mee. Daarna heb ik het halve dorp nog een spuitje gegeven, een succesnummer.
Je helpt natuurlijk niet, maar je kan iets terug antwoorden en dat voelt een stuk aangenamer.

Zand en sporen

[6-11-1996, richting Bamako]

Tot de lunchstop veel naar binnen zwiepende takken en een onregelmatig zandpad. De truck hangt af en toe behoorlijk scheef en de sporen op het pad zijn diep uitgesleten.

Rode aarde

[6-11-1996, richting Bamako]

Op de foto zie je dat de struiken door het stof rood kleuren.

Door de gravelweg en de rode aarde is alles extra vies geworden. De combinatie van het rode stof, zonnebrand- en muggenolie maakt de kleren uitermate smerig.
Naar de douche morgen in Bamako kijken we uit!

Bamako

[8-11-1996, Bamako]

We kamperen op de binnenplaats van de Libanese missiepost. De kippenslachterij van de foto is tegenover de poort van de missie.

Het vuilnis op deze plek wordt door ons keurig verzameld en vervolgens door iemand van de missie op het landje achter de muur gekieperd.

In Bamako zijn de mensen duidelijk anders. We worden direct aangesproken door mensen die willen weten waar je vandaan komt, die allemaal een neef hebben die drie maanden (of drie jaar, dat wisselt) in Rotterdam gewerkt heeft en die je slechts moeizaam kunt afschudden. Verder is Bamako geweldig druk, althans het centrum met de markt. De kraampjes verkopen de meest onverwachte dingen en het mooiste zijn wel de verkopers die alles op en aan hun lijf dragen: zonnebrillen, transistorradio's (een statussymbool), plastic zaklantaarns, horloges en verzin maar wat.

We zijn ook in een schitterend warenhuis geweest, waar ze gespecialiseerd zijn in kitsch. We zien er bijvoorbeeld klokken die in plaats van de Big Ben-melodie een muezzin-achtig slagwerk hebben, klokjes gemonteerd in een blauw plastic moskeetje, idem maar dan met een plaatje van een pondsbiljet erachter, pennenstandaards in de vorm van een knalrose schoen met plastic, felgekleurde kralen erin, geldkluizen, meubelen die van de tierlantijnen aan elkaar hangen, serieuze Samsonite-koffers en, daar kwamen we voor: batterijen voor de zaklantaarn.

Ook 's avonds als we gaan eten, probeert iemand nog zijn waren aan ons te slijten. Als we net zitten legt een jongen iets op tafel, waarvan ik eerst denk dat het de menukaart is. Het is een Frans tijdschrift. We zeggen 'non, merci' waarop hij een ander tijdschrift neerlegt. Dit gaat door totdat we hem uitgelegd hebben dat we geen Frans kunnen lezen. 'Ah, anglais' begrijpt hij, wij kunnen alleen Engels lezen en dat heeft hij niet en hij vertrekt.
Dat onze boodschap is overgekomen merken we binnen twee minuten als hij weer bij onze tafel staat. Dit keer met een heel dik boek over Scandinavië in het Engels!

Dierentuin en museum van Bamako

[8-11-1996, Bamako]

De dierentuin kost slechts 17 cent per persoon en de kwaliteit is daaraan aangepast.

De paar apen krijgen te drinken uit de tuit van een plastic fluitketel. Er hangt een bordje dat je de chimpansees geen sigaretten mag geven. Verder zijn er een python, twee krokodillen, twee hyena's en een paar vogels. De trots aangekondigde lamantin (zeekoe) blijkt inmiddels ook al overleden.

Het nationaal museum is wel de moeite waard: inheemse muziekinstrumenten, beelden, maskers en prehistorische vondsten. Volgens het register zijn we de eerste bezoekers vandaag.

Een paar dagen geleden was er wat onenigheid over het noteren van genoten drankjes. Zoals gebruikelijk werd er na vier verticale streepjes een schuine streep getrokken om het vijftal compleet te maken. De bareigenaar in Nioro was het daar niet mee eens. Gezien de manier waarop het register in het museum werkt, snappen we nu waarom (denken we). Men dacht dat de streep betekende dat de telling doorgehaald werd. Zelf maken ze dergelijke tellingen in vieren: eerst een liggend streepje, dan een linker verticale streep, vervolgens een dakje en dan een rechter streepje. Na zo'n vierkantje begin je weer aan een volgend.

naar volgende pagina:
volgende: (naar) Ségou