[19-3-2014]

Vanaf Agua Azul is het nog 1,5 uur rijden naar ons hotel in Palenque. Onderweg stoppen we regelmatig voor foto's van de prachtige uitzichten.
Ons hotel in Palenque zit ongeveer 2 km van het centrum. We komen om half vijf bij het hotel aan. De stad Palenque lijkt niet bijster interessant, dus die laten we voor wat het is. In plaats daarvan doen we een rondje over het terrein van het hotel waar bordjes staan met 'apen' en ‘leguaan', maar in de kooi zitten uitsluitend papegaaitjes. Er is een een groot restaurant bij het hotel en we besluiten vanavond gewoon maar in het hotel te eten.

[20-3-2014]

Foto: uitzicht over Palenque met aan de rechterkant het paleis met de toren en links de piramide met de inscripties.

Vandaag hebben we alle tijd voor de Maya ruïne van Palenque. Palenque is maar een kwartiertje rijden. Op de parkeerplaats is het een drukte van jewelste met grote autobussen en voor het toegangshek staat een lange rij. Ook deze gids kent weer iedereen en we hoeven niet achter de lange rij aan te sluiten, maar mogen door een apart hek naar binnen. Joyce weet echt veel te vertellen en laat ons vreselijk veel zien. Palenque was een Maya stadstaat die al in 200 BC bewoond werd, maar zijn hoogtijdagen kende tussen 500 en 800 onder een dynastie van een serie koningen. Het grootste complex is het paleis dat uit verschillende met elkaar verbonden gebouwen en binnenplaatsen bestaat en waar de koning woonde, zittingen hield, de administratie werd gevoerd en ceremonies werden gehouden.

[20-3-2014]

Foto: de toren bij het paleis.

Het paleis heeft een vier verdiepingen tellende toren die je verder nergens tegenkomt. Het kan een observatorium of een wachttoren zijn geweest. Het paleis had zijn eigen baden en sauna die door een ingenieus systeem van water werden voorzien. Een 3 meter hoog stenen aquaduct leidde het water van de Otulum rivier om, zodat de stad niet overstroomde en de baden vers water hadden.

[20-3-2014]

Foto: de grote piramide met de inscripties met diep binnenin de sarcofaag van Kinich Janab Pakal, ook bekend als Pakal de Grote.

De tempel met de inscripties heeft het meest fascinerende verhaal. Hij dankt zijn naam aan de lange hiërogliefentekst – de een na langste bekende tekst na die van de trap in Copán – die 180 jaar geschiedenis vertelt. Het is de hoogste van een serie van vier met elkaar verbonden tempels waarin de heersers van Palenque begraven liggen. Via een ondergrondse gang zijn ze met elkaar verbonden.
In 1952 vond de Deen Alberto Ruz Lhuillier achter een steen aan de achterkant van de opbouw op de tempel, een 27 meter lange trap die naar een tombe leidde met een grote en rijk bewerkte sarcofaag. De muren van de tombe waren voorzien van stucwerk sculpturen. In de sarcofaag lag niemand minder dan Kinich Janab Pakal, ook bekend als Pakal de Grote. Hij droeg een masker gemaakt van veel kleine stukjes jade en enorm veel sieraden van jade: oorhangers, een borstplaat, armbanden, oorringen en nog veel meer. Om hem van dienst te zijn op zijn weg naar het hiernamaals waren een jongen van een jaar of tien en een jonge vrouw van twintig mee begraven. Ook waren er vier krijgers geofferd om hem onderweg te beschermen.
Aan alles was gedacht. Zo vind je er ook een psychoduct, een kanaal dat van de tombe naar een gaatje in de sluitsteen loopt en de ziel de mogelijkheid geeft om te ontsnappen. Helaas mag je de tempel niet in om de tombe te zien, maar in het museum is een reconstructie van de tombe met de sarcofaag. Dinsdag hebben we in San Cristóbal in het jade museum een vergelijkbare reconstructie gezien. Daar lag namaak Pakal met al zijn jade juwelen aan in zijn open kist. Pakal de Grote was niet zomaar iemand. Het is de bekendste en grootste koning van Palenque. Hij kwam in 615 op zijn 12e aan de macht en is tot zijn 80e koning gebleven. Hij heeft na een aantal vijandige aanvallen Palenque weer in volle glorie weten te herstellen en de meest indrukwekkende bouwwerken zijn door hem, zijn zoon en zijn kleinzoon gerealiseerd.

[20-3-2014]

Foto: versiering op de binnenplaats van het paleis.

Het paleis heeft veel versiering in stucco en hier en daar zie je het latere schilderwerk (was goedkoper dan stucco). Bij het paleis staan zes steles die ingekort zijn. Ze laten allemaal afbeeldingen van hoogstaande gevangen zien. Een deel van hun hoofdtooi en van hun voeten ontbreken. Ze zijn vanaf een andere, hogere plaats gekomen en hier veilig gesteld toen de plaats – tijdelijk – verlaten moest worden. We zien ook gaten in de muur met een rechtop staand staafje in het gat. Die dienden om de houten deuren die nu vergaan zijn, te laten sluiten.

[20-3-2014]

De toren ziet er echt bijzonder uit, al vertelt Joyce wel dat de bovenste etage helemaal nieuw gemaakt is conform vergelijkbare concepten.

[20-3-2014]

Vanaf het paleis lopen we naar de tempels van de zon, het kruis en het bebladerde kruis. De tempel van het kruis was gewijd aan de levensboom die van het bebladerde kruis aan de oogst en de mais. We klimmen eerst de allerhoogste trap op naar de tempel van het kruis. In het gebouwtje bovenop is een plateau met stucwerkstenen die figuren en hiërogliefen hebben.

[20-3-2014]

De tempel van de zon heeft een iets minder hoge trap en ook weer mooie gestucte tabletten net als de tempel ernaast.

[20-3-2014]

Foto: tempelresten bij de Conjunto de las Cruces waar ook de tempel van het kruis, de zon en het bebladerde kruis staan.

Als laatste gaan we de grastrap op naar de tempel van het bebladerde kruis.

[20-3-2014]

Vanaf de tempels lopen we over de enige ballcourt die hier gevonden is naar het grote complex van baden en sauna’s.

[20-3-2014]

Vanaf de tempels lopen we naar het grote complex van baden en sauna’s. Via twee watervallen werden de baden gevoed. De baden waren voor de nobelen. De koning had zijn eigen bad, maar mocht hier ongetwijfeld ook komen.

[20-3-2014]

Eind 9e eeuw is Palenque verlaten vanwege de aanhoudende oorlogen met buurstaten en mogelijk interne opstanden. Palenque lag te midden van het oerwoud dat Palenque nadat het verlaten was geheel overwoekerd heeft. Pas 1.000 jaar later is het bij toeval weer ontdekt. Inmiddels is er heel veel onderzoek gedaan en ze weten nu hoe groot de stad oorspronkelijk was. Slechts tussen de 2% en 5% van de oorspronkelijke stad is nu blootgelegd en gereconstrueerd. Om te illustreren dat we weer in het oerwoud zijn, horen en zien we verschillende vogels en kruist een slangetje ons pad.